Atoomnummer: 112
Atoom symbool: Cn
Atoomgewicht: [285]
Smeltpunt: Onbekend
Kookpunt: Onbekend
Oorsprong van het woord: Copernicium is genoemd naar Nicolaus Copernicus, de beroemde astronoom en wiskundige. Het symbool Cp werd oorspronkelijk aanbevolen voor element 112, maar werd afgewezen omdat Cp ooit werd gebruikt als het symbool voor lutetium, dat tot 1949 soms cassiopeium werd genoemd.
Ontdekking: Copernicium werd op 9 februari 1996 gecreëerd en geïdentificeerd door een team onder leiding van Peter Armbruster en Gottfried Münzenber in het laboratorium Gesellschaft für Schwerionenforschung in Darmstadt, Duitsland. Ze produceerden atomen van 277Cn.
Eigenschappen van copernicium
Copernicium is een radioactief, synthetisch element waarover weinig bekend is. Het is geclassificeerd als een metaal en er wordt verwacht dat het vast is bij kamertemperatuur. De eigenschappen zijn enigszins vergelijkbaar met radon, maar de korte halfwaardetijd maakt het moeilijk om te studeren.
Copernicium heeft vier isotopen waarvan de halfwaardetijden bekend zijn. De meest stabiele isotoop is 285Cn, met een halfwaardetijd van ongeveer 30 seconden. Het vervalt door alfa-verval.
Het atoomgewicht voor door de mens gemaakte transuraniumelementen is gebaseerd op de langstlevende isotoop. Deze atoomgewichten moeten als voorlopig worden beschouwd, omdat in de toekomst een nieuwe isotoop met een langere halfwaardetijd kan worden geproduceerd. [Zie Periodiek systeem der elementen]
Bronnen van copernicium
Copernicium wordt kunstmatig geproduceerd. Het kan worden gemaakt door atomen van lood te bombarderen met ionen van zink door een lineaire versneller.
Gebruik van copernicium
Er zijn maar een paar atomen van copernicium gemaakt. Het enige gebruik is in wetenschappelijk onderzoek.
(Bronnen: Los Alamos National Laboratory, Jefferson Lab)
Copernicium - atoomnummer 112: eigenschappen, bronnen en gebruik.